De informele bibliotheek (1)

[Bijgewerkt 28-11-2022] Na mijn afscheid van het bibliotheekvak had ik gedacht de komende tijd minder over bibliotheekonderwerpen te schrijven. Maar afgelopen weken kwam er toch weer zo’n  onderwerp langs dat ik moeilijk kan laten liggen. Ruilbibliotheken. In Nijmegen werd op 9 juni een boekenasiel geopend. En in Beesd staat sinds oktober vorig jaar een telefooncel die als minibibliotheek is ingericht. Beide gebaseerd op het principe van de ruilbibliotheek: ‘Haal een boek, breng een boek’. Ruilbibliotheken lijken een betrekkelijk nieuw en snel oprukkend fenomeen. Ik schreef daar al eens een eerdere blogpost over.

boekenasiel nijmegen

In Duitsland werden echter al in de jaren ’90 openbare boekenkasten gesignaleerd (link1) (link2). En in 2002 kwam de Bürgerstiftung Bonnn met ‘Offene Bücherschränke’ (link), naar een idee van interieurarchitect Trixi Royeck.  Ook in andere landen (Verenigde Staten, Engeland) zijn er fraaie voorbeelden van ruilbibliotheken. Op het eerste gezicht denk je misschien: ruilbibliotheken? Dat is toch een marginaal verschijnsel, hoe interessant kan dat zijn? Maar als je er wat beter naar kijkt, is het een ontwikkeling waar heel veel aan te ontdekken is.

Wat meteen opvalt is de enorme veelvormigheid. Boeken ondergebracht in allerlei soorten gebouwen, in oude telefooncellen, kastjes, kiosken, tenten, in uitvergrote vogelhuisjes of hondenhokken, zelfs in uitgeholde boomstammen. Er speelt daarbij ook een veelheid van motieven: het bedenken van nieuw leven voor afgedankte boeken, verzet tegen dreigende of al voldongen sluiting van openbare bibliotheken, stimuleren van het lezen in het kader van cultuureducatie, het realiseren van evenementen of kunstprojecten, organiseren van sociale activiteiten in de eigen buurt, enz. Parallel aan het delen van digitale producten, media en informatie blijkt er een grote en steeds groeiende behoefte om ook fysieke goederen en diensten te ruilen of te hergebruiken. Zie o.a. dit Wikipedia artikel over LETS (Local Exchange Trading System). In Nederland: Letscontact.nl. Of het online tijdschrift Shareable.net.

Als het gaat om boeken en ander gedrukt materiaal zijn diverse benamingen in omloop: pop-up bibliotheek (pop-up library), guerillabibliotheek (guerilla library), little free libraries, tiny house libraries, minilibraries, microlibraries, (street)corner libraries, grassroots libraries, occupy libraries, ed. Bij al deze ‘bibliotheek’ varianten kun je overigens niet zonder meer spreken van ruilbibliotheken. Het ruilprincipe geldt soms wel, soms niet. Bij sommige moet je lid zijn, bij andere worden boeken voor niets weggegeven. Aanduidingen als pop-up bibliotheek of guerillabibliotheek – naar het voorbeeld van pop-up retail en guerillamarketing –  suggereren dat het gaat om tijdelijk opduikende boekenverzamelingen. Maar ook die tijdelijkheid is niet altijd zo duidelijk, sommige bibliotheekjes blijven langer bestaan. Wel is duidelijk dat het in de meeste gevallen om kleine of zeer kleine collecties gaat, variërend van enkele boeken tot pakweg zo’n duizend items. Maar ook hier zijn er uitzonderingen (Opm. zie bijv. De informele bibliotheek (6): de Rotterdamse Leeszaal West).

boekenasiel nijmegen
Boekenasiel Nijmegen, foto 10 juli 2012

Een scala van benamingen past eigenlijk wel bij deze uitingen van boekenliefde. Ze laten zich niet zo gemakkelijk vangen onder één categorie. Maar àls een gemeenschappelijk label al nodig is, zou ik zelf de voorkeur geven aan ‘informele bibliotheken’. Of ‘informele minibibliotheken’. Of nog anders, ‘alternatieve bibliotheken’.  Nogal saaie aanduidingen, geef ik toe. Vooral bedoeld om onderscheid te maken met de gevestigde bibliotheekorganisaties, inclusef nieuwe bibliotheekvarianten als een pop-up bibliobus of een plug-in bibliotheek. Daar is immers veel geld geïnvesteerd in geavanceerde ontwerpen; er staat een professionele organisatie omheen; lenen gaat via een hightech systeem; het gebruik is niet gratis; leners moeten zich abonneren. De informele minibibliotheek is vooral het resultaat van de inspiratie en enthousiaste inzet van enkelingen of groepen, en de spontane participatie van anderen. Hoe laagdrempeliger, hoe beter.

Shannon Mattern (link1, link2) schreef een goed doortimmerd overzichtsartikel, getiteld: ‘Marginalia: Little Libraries in the Urban Margins’ (22-05-2012). Het biedt een verrassend en helder inzicht in het onderwerp. Kernthema’s zijn de stadscultuur, het gebruik van de openbare ruimte en de relatie tussen pop-up bibliotheken en het traditionele bibliotheekwerk. Mattern wijst erop dat een met boeken gevulde telefooncel hemelsbreed verschilt van een duurzaam georganiseerde, multifunctionele openbare bibliotheek. Zij concludeert: ‘So perhaps the challenge now is to determine how these ever more prevalent “provisional, opportunistic and guerilla” projects can complement and strengthen our more traditional institutions and the cities they serve.’ Wat mijzelf het meest intrigeert is de informele bibliotheek als maatschappelijk verschijnsel, als uiting van sociale bewogenheid. Soms als protest tegen afbraak van bestaande voorzieningen, waaronder ook openbare bibliotheken. Soms als blijk van solidariteit en gemeenschapszin. Of simpelweg het streven naar hergebruik van oude boeken. Ik denk dat we er nog veel meer van gaan zien.

ruilbibliotheek beesd
Ruilbibliotheek Beesd, in een oude PTT-telefooncel, foto 26 juli 2012

Voor bibliothecarissen nóg interessanter, maar bepaald geen lichte kost, is een onderzoek van Gary P. Radford, Mary L. Radford en Jessica Lingel. Een eerste paper werd ingebracht op de tweejaarlijkse conferentie van LIDA (Libraries in the Digital Age), 18-22 juni 2012. In dit stuk, getiteld: Alternative Libraries as Heterotopias: Challenging Conventional Constructsstellen Gary P. Radford en Marie L. Radford een typologie van alternatieve bibliotheken voor en beschrijven daarbij vijf voorbeelden.

Een definitieve, sterk gewijzigde versie verscheen als artikel in Journal of Documentation (2012), 68, 2, pp. 254-267, onder de titel: Alternative libraries as discursive formations: reclaiming the voice of the deaccessioned book (PDF). De kern komt kortweg hierop neer. Sanering (Eng. deaccessioning, weeding) van bibliotheekcollecties is vaak een controversieel onderwerp. Eén vraag is bijvoorbeeld, wat gebeurt er met al dat gesaneerde materiaal? Radford c.s. onderzoeken twee alternatieve bibliotheken die zich bij uitstek richten op het verzamelen van afgestoten materialen: de Reanimation Library (die in het vervolg van dit verhaal nog aan bod komt) en de Public Library of American Public Library Deaccession. Zij grijpen het werk van de Franse filosoof Michel Foucault aan voor een grondige analyse van dit soort bibliotheken die formeel eigenlijk geen bibliotheek zijn. Sleutelbegrippen als heterotopia en discursieve formatie, ontleend aan de theorieën van Foucault, zijn voer voor Foucaultkenners. Maar twee citaten uit dit artikel maken de teneur naar mijn idee voldoende duidelijk:

‘It is argued here that by claiming the title of library, and by deliberately using library terminology to describe their work, these alternative libraries simultaneously undermine and reinforce notions of the library and librarianship. They provide sites of resistance to traditional notions of value and utilize conventions of libraries as a mechanism of rebellion, resistance, and play. What is interesting is not so much that these sites of discursive resistance exist, but that they identify and perform themselves as libraries, deliberately situating themselves in opposition to traditional modes of archival responsibility and authority. Among other things, these alternative libraries unsettle librarian stereotypes, play with notions of the library as an institutional authority of knowledge, and acknowledge the potential pluralities of social spaces.’

‘The libraries described here find and demonstrate connections among deaccessioned books that the conventional library is unable to foresee or capture in its catalogs.’

Vooral aan dit laatste citaat kun je veel ophangen. Want de golf van fysieke ruil- en andere informele bibliotheken is nauw verwant met een schijnbaar tegengestelde – want heel erg digitale – trend: sociaal catalogiseren (social cataloging / cataloguing). Radford c.s. noemen in hun LIDA paper het in 2005 door Tim Spalding opgezette Librarything. En er zijn meer voorbeelden.

ruilbibliotheek beesd
Ruilbibliotheek Beesd, interieur telefooncel, foto 26 juli 2012

De artikelen van Shannon Mattern en Radford c.s. hebben mij ertoe aangezet om de wondere wereld van de informele bibliotheek verder te verkennen. Op de vervolgpagina’s in deze serie een aantal geselecteerde voorbeelden, voorzien van korte annotaties en naar eigen inzicht gerubriceerd (op uiterlijke verschijningsvorm). Volledigheid is natuurlijk totaal onmogelijk en streef ik ook niet na. Ik hoop de lijst op een later moment nog aan te vullen, met locaties in eigen land.

.

Vervolg: De informele bibliotheek (2)

Zie ook eerder bericht: Boekenkringloop (03-01-2011)

.